Zowel in Nederland, waar gougères soesjes heten, als in Frankrijk, waar soesjes gougères heten, gaat er melk in het beslag. Die kun je prima vervangen door water. Dit maakt ze iets lichter, en doet niets af aan de smaak. Gougères zijn makkelijk om te maken, maar er zit wel een addertje onder het gras: als je ze te snel uit de oven haalt, storten ze in. Truc is ze even in de uitgeschakelde oven te laten nagaren.
Ingrediënten:
voor ca. 24 stuks
70 g boter
90 g bloem
3 grote eieren
1 eidooier om te bestrijken
90 g
fijngeraspte kaas (gruyère, comté of belegen/oude kaas)
peper en zout
ook nodig:
spuitzak met kleine spuitmond
Bereiding:
Verwarm de oven voor tot 220°C.
Giet 250 milliliter water in een steelpan met dikke bodem.
Voeg de boter en wat peper en zout toe en breng zachtjes aan de kook.
Voeg de bloem in één keer toe en roer met de garde goed door.
Verwarm het beslag 1-2 minuten op middelhoog vuur al roerend tot het loslaat van de pan en een soort bal vormt.
Haal de pan van het vuur en maak een kuiltje in het midden van het deeg.
Breek er een ei in. Mix met de garde door tot het ei helemaal is opgenomen.
Ga zo verder met de andere 2 eieren. Ze zullen iets langzamer worden opgenomen.
Blijf goed roeren tot je een gladde massa hebt. Het vergt wat armkracht, maar dan heb je ook wat. Roer de kaas erdoor.
Schep het deeg in de spuitzak. Leg een vel bakpapier op een bakplaat.
Spuit rondjes deeg van 2-3 centimeter doorsnee en 3 centimeter hoog.
Laat 3 centimeter tussen de gougères. Bak ze 10 minuten in de oven, tot ze lichtbruin zijn.
Verlaag de temperatuur naar 180 °C en bak ze nog 10 minuten. Schakel de oven dan uit.
Klop de eidooier los met een scheutje water.
Open de oven en kwast zonder de bakplaat er helemaal uit te halen elke gougère in met wat ei.
Schuif de plaat terug, doe de ovendeur weer dicht en laat de gougères nog 10 minuten in de uitgeschakelde, nog iets warme oven staan waardoor ze mooi gaan glimmen.
